10 fotografietips voor taartenbakkers
Het leukste van taarten bakken vind ik (behalve het opeten) het fotograferen ervan. Ik maak alle foto’s op Toetjes & taarten zelf. Ik ben geen fotograaf, maar ik probeer er altijd wel wat bijzonders van te maken. Op internet kom ik vaak lelijke foto’s tegen van mooie taarten en cupcakes. Zonde, want met de juiste spullen maak je snel de prachtigste plaatjes. Daarom geef ik in dit blog 10 tips voor mooie foodfoto’s.
Tip 1: plan voldoende tijd in voor foto’s
Gaat jouw taart na bereiding gelijk de koelkast in of op weg naar een klant? Dan is er misschien alleen maar tijd voor een snelle foto met je smartphone. Ondanks Instagram en aanverwante apps om je foto’s te bewerken worden dit nooit de beste foto’s. Als je echt mooie foto’s van je creaties wilt maken moet je daar echt tijd voor inplannen: hou rekening met een half uur tot een uur.
Tip 2: zorg voor passende styling en aankleding
Als je een beetje bent zoals ik, heb je waarschijnlijk een kast vol verschillende taartschalen, gebaksschoteltjes en tafelkleedjes. Maak hier bij het fotograferen gebruik van: kies accessoires die passen bij het soort gebak dat je fotografeert. Het gebloemde servies van PIP Studio is prachtig voor gebaksfoto’s. Pas op met hoogglans servies, dit kan weerspiegelen op de foto. Als je vaak foto’s van gebak maakt, zorg dan voor veel verschillende stijen. Steeds hetzelfde gebaksbordje wordt ook zo saai! Stapel bordjes van verschillende maten en verschillende kleuren op elkaar. Of maak een etagère van bordjes en kopjes. Een effen achtergrond is trouwens erg makkelijk bij fotograferen.
Tip 3: varieer in composities
Een taart kun je niet eindeloos anders neerzetten, maar cupcakes en petit-fours wel. Fotografeer ze samen, alleen, staand, eentje op de voorgrond, doorgesneden enzovoorts. Hou bij het fotograferen ook rekening met de uitsnede die je gaat maken. Voor mijn website maak ik uitsnedes met een verhouding van 16:9 dus moet ik altijd oppassen dat ik niet te ver inzoom, anders moet ik er een stukje achtergrond ‘bijphotoshoppen’.
Tip 4: gebruik humor in je foto’s
Foodfoto’s hoeven niet altijd 100% stylistisch verantwoord te zijn. Ze mogen ook best grappig zijn. De aardbeienmousse hiernaast noemde ik op mijn website ‘goddelijke aardbeienmousse’. Een Mariabeeldje erbij en je foto is klaar. Bovendien wordt een grappige foto eerder geliked en gedeeld op Facebook.
Tip 5: kies de juiste camera en apparatuur
Ik gebruik een spiegelreflexcamera van Olympus met een zoomlens van 40 – 150 mm om mijn toetjes en taarten te fotograferen. Daarmee bereik altijd precies mee wat ik wil. Met een compactcamera kun je ook mooie foto’s maken, maar daarmee krijg je niet altijd het detail en de scherpte-diepte die een spiegelreflexcamera wel biedt.
Een ander voordeel van een spiegelreflexcamera is dat je alles zelf kunt instellen: sluitertijd, diafragma, witbalans en ga zo maar door. Maar er zit ook altijd een automaatstand op waarmee je mooie foto’s kunt maken. Handig om extra te hebben is een statief en eventueel een extra flitser.
Je kunt ook een kleine fotostudio kopen (bijvoorbeeld bij de Xenos). Dit is niet zo geschikt voor grote gedecoreerde taarten, maar bijvoorbeeld wel voor cupcakes. Je hebt altijd de juiste belichting en een witte achtergrond. Maar als je het juist leuk vindt om te experimenteren met styling en kleuren is een fotostudio misschien te beperkend.
Tip 6: fotografeer bij daglicht
Ik fotografeer mijn toetjes en taarten altijd overdag omdat je dan het beste licht hebt. Sterker nog, ik sta altijd buiten op het balkon mijn foto’s te maken, al is het hartje winter. Maar ga niet vol in de zon staan. Niet alleen omdat je gebak dan wegsmelt (hier spreekt een ervaringsdeskundige) maar ook omdat je dan te veel schaduwen krijgt. Niet mooi. Experimenteer ook met andere lichtbronnen. Het is niet mooi als het licht recht van voren op je taart valt. Het mooiste is als je niet kunt zien waar het licht vandaan komt. Dat kun je goed zien in onderstaande foto’s: de linkse twee zijn buiten genomen bij daglicht, de rechtse binnen bij kunstlicht.
Tip 7: maak veel foto’s
Ik schaam me soms een beetje als ik na een fotosessie met een taart zie hoeveel foto’s ik heb gemaakt. Het zijn er meestal meer dan 50! Uiteindelijk gebruik ik er maar een paar, maar het is prettig om te kunnen kiezen. Soms zijn de verschillen minimaal, maar het kan net een paar graden hoogteverschil zijn dat een foto perfect maakt. Zorg dus altijd dat je genoeg foto’s maakt; des te groter is de kans dat de perfecte foto erbij zit!
Tip 8: bewerk je foto’s met Photoshop
Heb je je eerste fotosessie erop zitten? Mooi, maar je bent nog niet klaar! Als je foto’s op de computer staan is het tijd om ze te bewerken. Niet om ze onrealistisch mooi te maken, maar om ze net wat beter uit de verf te laten komen. Kijk maar naar de foto’s hieronder: links zie je de onbewerkte foto, rechts de gephotoshopte versie. Ik gebruik hier Adobe Photoshop voor, maar met Pixlr of Gimp kom je ook een heel eind.
Waar moet je op letten bij het bewerken van foodfoto’s?
- Kleurbalans: speel met de hoeveelheden rood, blauw, roze, groen en geel in de foto.
- Belichting: door de foto op te lichten wordt de achtergrond witter en springt je onderwerp er beter uit. Handig in Photoshop zijn de functies exposure, curves en levels.
- Schoonheidsfoutjes wegwerken: gebruik de healing brush of clone stamp om eventuele foutjes weg te halen. Vlekjes op het tafelkleed of scheurtjes in je fondant bijvoorbeeld.
- Uitsnedes: maak een uitsnede waarbij je onderwerp het mooiste uitkomt. Dit hoeft niet altijd het midden van de foto te zijn. Zorg dat eventuele hinderlijke elementen buiten de foto vallen.
- Sla je bewerkte foto’s altijd in hoge resolutie op maar bewaar het origineel ook.
Tip 9: Laat het idee los dat je foto perfect moet zijn
Je bent geen foodstylist en om alles te kunnen wat een professionele fotograaf kan is veel kennis, techniek en ervaring nodig. Wees dus jezelf in het fotograferen. Ik ben best nonchalant (anderen noemen het slordig) en ik vind het altijd wel leuk als er wat kruimels op het bordje liggen of als een stuk taart op zijn kant ligt. Dat is helemaal niet erg en draagt alleen maar bij aan het ‘dit heb ik spontaan zo gefotografeerd-idee’.
Tip 10: aap anderen na
De beste manier om te leren fotograferen is anderen na te apen. Zo kom je erachter welke technieken je moet gebruiken om bepaalde effecten te bereiken. Kies bijvoorbeeld een mooie foto uit de Allerhande of een ander kookblad en maak de setting (en het gerecht natuurlijk) na. Experimenteer met alle hierboven genoemde tips om het origineel zo dicht mogelijk te benaderen.
Veel plezier met foodfotografie!
Er is nog veel meer te vertellen over foodfotografie, maar met dit artikel heb ik de psychologische grens voor prettig leesbare internetartikelen al ruimschoots overschreden. Als je nog steeds aan het lezen bent vind je de boeken die in de rechterkolom staan vast interessant. Meer online tips en trucs vind je bijvoorbeeld op Photofacts en foodportfolio. Heb je zelf nog goede tips? Laat het me weten!